Een document waarin de inkomsten en uitgaven voor een huishouden worden bijgehouden. De uitgaven worden vaak onderverdeeld in groepen (voedsel, kleding, enzovoorts), zodat er een beter inzicht in het verbruik ontstaat. Door het bijhouden van dit huishoudboekje is beter inzicht in de financiële situatie mogelijk en kan waar nodig bijsturing plaatsvinden, bijvoorbeeld door extra voorzichtig te zijn met bepaalde uitgaven.
Ook als het gaat om de begroting van de overheid (de staatshuishouding) wordt vaak gesproken over het 'huishoudboekje'.
Voorbeeld
'Herstel overheidsfinanciën - In dit huishoudboekje is te zien dat de overheid in 2011 meer uitgeeft dan dat er binnenkomt. Het tekort op de begroting daalt weliswaar naar verwachting van -5,8% (in 2010) naar -4,0% (in 2011), maar het tekort is nog te groot.'
Bron: www.prinsjesdag2010.nl, toelichting op de Miljoenennota 2010 - 21-09-2010.
Engels: household book.
Zie ook: huishouden, digitaal huishoudboekje, budget, begroting, budgetteren, kasboek, journaal, staatskas, rijksbegroting, begrotingsdiscipline, financiële discipline, financiële planning, financiële geletterdheid, financiële ongeletterdheid, inkomen, netto loon, beschikbaar inkomen, vaste lasten, recessionista, bezuinigen, slim bezuinigen, ombuigen, austerity, overkreditering, schuldenval, schuldsanering, koopkracht, koopkrachtplaatje, recessionista, consumptie, consuminderen, begrotingsdiscipline, begrotingsoverschot, begrotingstekort, begrotingscommissaris, Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting.
Tip anderen
|