Tegenwoordig in Nederland het meest bekend als een waarde van anderhalve gulden (NLG 1,50). Maar de daalder heeft al een lange historie.
De daalder is een naam voor zowel een munt als een waarde. Deze naam komt internationaal veel en in diverse variaties voor. Het bekendst is de dollar, die in meer dan een dozijn landen als nationale munteenheid dient. Onder andere in de Verenigde Staten, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland.
De oorsprong van de naam ligt in de plaats Joachimsthal in Bohemen, waar in het begin van de 16de eeuw een zilvermijn werd ontdekt. Dit zilver werd onder verschillende namen gemunt, met als bekendste de Joachimsthaler, de '(munt) uit het Joachimsdal’. Dit werd al spoedig verkort tot thaler of taler, in het Nederlands daler, wat zich in de spreektaal ontwikkelde tot daalder, een term die al in 16de eeuw is gesignaleerd.
Nederlandse leeuwendaalders waren in de 17de eeuw populair in de Britse kolonies in Noord-Amerika; mede onder invloed daarvan is ten slotte eind 18de eeuw de dollar, verdeeld in 100 cent, de officiële munt van de toen zelfstandige VS geworden.
De oudste daalders waren zware zilveren munten van goede kwaliteit. Al in de 16de eeuw had de Nederlandse daalder een waarde van dertig stuivers, die in de waarde van 1,5 gulden tot op heden is gehandhaafd.
Vandaag de dag is de daalder geen munt meer maar een rekeneenheid.
Niet te verwarren met een rijksdaalder.
Bron: (deels) Meertensinstituut.
Zie ook: numismatiek, gulden, cent. Vergelijk: rijksdaalder.
|
