Onkosten; uitgaven van relatief geringe omvang die door opdrachtgevers kunnen worden vergoed aan personen of instellingen die werk voor hen verrichten. Het zijn kosten die door individuen uit eigen zak zijn betaald, werkgerelateerde uitgaven die later worden vergoed door een werkgever of opdrachtgever. Te denken valt bijvoorbeeld aan parkeer- en lunchkosten.
Vaak wordt hierover afgesproken dat er een vast bedrag wordt vergoed zodat de bedragen niet afzonderlijk gespecificeerd hoeven te worden.
De term kan ook betrekking hebben op persoonlijke uitgaven in allerlei categorieën.
Engels: out-of-pocket expenses.
Zie ook: uitgaven, kosten, onkosten, voorschieten, declareren, factuur, factureren, bonnetjes, BTW-bon, onkostenvergoeding, forfaitaire vergoeding, vacatiegeld, forfaitaire vergoeding. Vergelijk: zakgeld, diepe zakken.
|
