Aandelen waarop door de houders bij de uitgifte niet de volle 100% van de nominale waarde is gestort; minimaal dient 25% gestort te worden. Het gaat altijd om aandelen op naam. De verplichting tot volstorting van de aandelen blijft overigens bestaan en dient in het aandeelhoudersregister te worden weergegeven.
Niet-volgestorte aandelen komen weinig meer voor, maar was vroeger vooral bij verzekeringsmaatschappijen niet ongebruikelijk. De onderneming heeft dan in eerste instantie niet zoveel kapitaal nodig; op verzoek van de uitgevende instelling zijn de aandeelhouders verplicht om bij te storten (tot maximaal 100%). Dit gebeurt dan meestal als de onderneming in financiële moeilijkheden is komen te verkeren.
Niet volgestorte aandelen zijn dus risicovol; het is voorgekomen dat voor bijvoorbeeld 25% gestorte aandelen een negatieve koers werd genoteerd (een verkoper moet dan geld bijbetalen aan de koper).
Engels: partly paid-up share, nil paid share.
Zie ook: volstorten, bijstorting, niet-volgestorte preferente aandelen, opgevraagd kapitaal, call for capital, Kux. Tegenovergesteld: volgestorte aandelen.
|
