Ook: uitbijter.
- Een uitkomst die (sterk) afwijkt van een normale of te verwachten situatie.
- In de statistiek en data-analyse: een datapunt dat (sterk) afwijkt van de rest van de data.
Dergelijke uitbijters kunnen data sterk vertekenen, een vertekend beeld geven. Zo kan bijvoorbeeld een uitbijter bij de berekening van het rekenkundig gemiddelde een grote invloed hebben op de verkregen waarde.
Voorbeeld
- 'Nederlandse start-ups hebben een goed tweede kwartaal achter de rug. De investeringen stegen met 67 procent naar 716 miljoen euro, blijkt uit het Quarterly Startup Report, een driemaandelijkse data-analyse door onder andere Dutch Startup Association (DSA). Volgens Lucien Burm van de DSA betekent dat echter niet dat de vlag uit kan. Hij is bang dat de uitzonderlijk mooie cijfers een uitbijter, ofwel een 'outlier', blijken te zijn.'
Bron: BNR - 09-07-2025.
- 'De gemiddelde verkoopprijs van een bestaande koopwoning kwam vorig jaar uit op 308.000 euro. Het is voor het eerst sinds de metingen dat de gemiddelde prijs hoger ligt dan 300.000 euro, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) woensdag. .......De prijsstijging van afgelopen jaar werd breed gedragen. "In 326 gemeenten was de gemiddelde koopsom hoger dan een jaar eerder." ......"In gemeenten waar weinig huizen zijn verkocht, kan het beeld vertekend zijn doordat er uitschieters kunnen zijn", licht Van Mulligen [hoofdeconoom van het CBS, red.]. toe. "Maar de trend is onmiskenbaar."'
Bron: Nu.nl - 12-02-2020.
Engels: outlier.
Zie ook: statistiek, data, gemiddelde, trend, Z-score, getrimde gemiddelde inflatie.
|
