In een economie die nog niet op volle toeren draait leidt een vergroting van de bestedingen tot een reële vergroting van de nationale productie en het nationaal inkomen. De besteding van dit extra verdiende inkomen leidt op zich weer tot extra groei van productie en inkomen (multipliereffect). Een deel van die extra koopkracht lekt in een open economie weg naar het buitenland, omdat men ook meer buitenlandse goederen gaat kopen. Dit heet het 'invoerlek'.
Zie ook: weglekeffect, open economie, invoer, multiplicatoreffect. Vergelijk: financieel lek, spaarlek, belastinglek.
|
