- Koers van een valuta die op grond van afspraken of ingrijpen door monetaire autoriteiten op een bepaald niveau (of binnen kleine bandbreedte) blijft ten opzichte van een andere munt (de ankervaluta) of andere munten, of een andere maatstaf van waarde, zoals goud.
De monetaire autoriteit - bijvoorbeeld een centrale bank of currency board - speelt dan een actieve rol op de valutamarkt en zal bij wijzigingen van vraag en aanbod ingrijpen door de munt te kopen of te verkopen (valuta-interventie).
Voorbeeld
'Denemarken (EU-lid sinds 1973) heeft een lange traditie van vaste wisselkoersen. Als anker werd steeds de munt van de belangrijkste handelspartner gekozen: het Britse pond, de Duitse mark en nu de euro. ....De Denen wezen de invoering van de eenheidsmunt in 1992 per referendum af, en Kopenhagen bedong een uitzondering op de regel dat het land deze stap uiteindelijk zou moeten zetten. Sinds de invoering van de euro in 1999 is Denemarken niettemin de facto lid van de muntunie. De kroon volgt de eenheidsmunt als een schaduw. Officieel is er een bandbreedte van 2,25% rond de spilkoers, maar in de praktijk wordt gestuurd op 0,5%.'
Bron: FD - 23-01-2024.
- De term wordt ook gebruikt om aan te geven dat bepaalde buitenlandse bezittingen steeds tegen dezelfde koers (bijvoorbeeld de oorspronkelijke aankoopkoers van die valuta) worden omgerekend naar de eigen valuta (de thuisvaluta).
Engels: fixed exchange rate.
Zie ook: reservemunt, ankervaluta, centrale bank, currency board, ankervaluta, bandbreedte (valutamarkt), pegging, spilkoers, interventie, Bretton Woods, Tobintaks. Vergelijk: vrije wisselkoers.
|
