Ook wel de brede geldhoeveelheid genoemd.
Een zeer ruime definitie van de geldhoeveelheid (M) in een bepaald land, bestaande uit de geldhoeveelheid in ruime zin (M2) plus repo's, aandelen en participaties in geldmarktfondsen en schuldbewijzen (obligaties) met een looptijd tot en met twee jaar. Oftewel: chartaal en giraal geld, deposito's en substituten van deposito’s.
Voorbeeld
'Er is ook een ander scenario mogelijk, waarbij de ECB de economie eerst tegen de ene stoeprand (te hoge inflatie) aan rijdt en om vervolgens tegen de andere stoeprand (te snelle afkoeling) aan te botsen. In dat hots-klots-scenario moet de rente dan eind dit jaar al weer snel omlaag, omdat een recessie dreigt en het inflatiegevaar veel sneller is verdwenen dan gedacht. Het is geen ondenkbaar scenario want de monetaire verkrapping gaat momenteel razendsnel. Dat is vooral te zien aan de snelle afname van de groei van de geldhoeveelheid in het eurogebied. De meest gebruikte en meest brede maatstaf voor de geldhoeveelheid is ‘M3’.'
Bron: FD, Mathijs Bouman - 31-03-2023.
Zie ook: geld, geldhoeveelheid, geldhoeveelheidsbeleid, basisgeldhoeveelheid, geldhoeveelheid in enge zin, M1, geldhoeveelheid in ruime zin, M2, chartaal geld, giraal geld, repo, deposito, schuldpapier, schuldbewijs, monetaire aggregaten, monetaire verkrapping, monetaire verruiming.
|
