| In de politiek is harde macht het gebruik van militaire en economische middelen om het gedrag of de belangen van andere politieke instanties te beïnvloeden. Deze vorm van politieke macht is vaak agressief (dwang) en is het meest effectief wanneer deze door een politieke instantie wordt opgelegd aan een andere instantie met minder militaire en/of economische macht. 
 Het gebruikt van 'hard power' gaat ervan uit dat het gebruik van macht gerechtvaardigd is, waarbij gebruik gemaakt wordt van dwangmiddelen zoals economische en/of militaire interventies, agressie, sancties, dreigementen, nationalisatie of confiscatie.
 
 Het gebruik van harde macht duidt vaak op een machtsongelijkheid, aangezien het vooral door machtige entiteiten (landen of bedrijven met veel marktmacht) tegen zwakkere entiteiten wordt gebruikt, en vaak alleen nadat ze er niet in geslaagd zijn om hun zin te krijgen met 'soft power', zachte macht. Zachte macht is immers veel minder kostbaar en daarom de voorkeursroute. Niettemin, wanneer zachte macht faalt, wenden machtige landen vaak hun toevlucht tot harde macht om hun zin te krijgen.
 
 Zie ook: marktmacht, handelsoorlog, heffingsangst, nationaliseren, confiscatie, economische sancties, afperseconomie, knechtjeskapitalisme, unilateralisme, collusie, crony capitalism, deal, dealmaker, nulsomspel, zero sum game, wederkerige invoertarieven, heffingsdreun, America First, Maganomics, Liberation Day, Mar-a-Lago-akkoord, Kindleberger Trap, Chindependence. Tegenovergesteld: soft power.
 
 
 
 
 
 
 
 |